Als kind was ik druk. Heel.Erg.Druk. De term ADHD was toen nog niet zo in schwung en mijn ouders lagen er niet zo van wakker, dus de labeltjes zijn me bespaard gebleven; ouders lieten me een rondje extra rennen in de avond en dat was dat. Dat het iets was waar ik ook niet bepaald overheen zou groeien bleek al snel; tot op de dag van vandaag blijf ik de hoofdrol spelen in de Grote-Mij-Show, inclusief de godganse dag door delen van al mijn gedachtes die ik zelf nauwelijks kan volgen omdat ze doorgaans alweer vervliegen op het moment dat ze opkomen. Tel daarbij de concentratieboog van een aardappel op en het plaatje van mijn irritante persoonlijkheid is compleet.
Het went, en het zal schelen dat het hele drukke gedrag vooral voor diegene is voorgehouden die me heel goed kennen; bij de rest weet ik het nog aardig te verbloemen -of te verdelen. Toch wees mijn leidinggevende me een jaar of twee geleden op de cursus mindfulness; was dat niet wat voor mij? Vol enthousiasme zei ik ja, me pas later bedenkend dat ik niet zoveel heb met zweefteverij.
Onder het mom van “baat het niet dan schaadt het niet” en “wie weet zal ik er wat beter van slapen” stapte ik de eerste ochtend toch vol goede moed het spiritueel centrum binnen; uiteraard kon het niet in een doodnormale gymzaal plaatsvinden.
Samen met mij hadden zich nog zo’n collega’s gemeld en de dame-met-de-zalvende-stem-en-begripvolle-ogen startte het voorstelrondje. Al snel bleek dat de overige deelnemers nogal wat uiteenlopende redenen hadden om zich aan te melden, maar één ding hadden ze gemeen -ze waren allemaal even dramatisch. De een na de ander barstte in huilen uit, terwijl ik wat om me heen zat te kijken, me onderwijl steeds ongemakkelijker voelend. Toen ik eindelijk aan de beurt was en ik er alleen maar “ik ben een beetje druk” uit wist te persen wist ik op de verkeerde plek te zijn. De overbegripvolle blik viel mij ten deel, waarna ik me definitief een halve debiel voelde…en toen waren we nog niet eens begonnen.
Als eerste oefening kregen we allemaal een rozijntje in onze handen gedrukt. Een rozijntje ja. Er zijn weinig voedingsmiddelen die me zo als een 3-jarig kind laten voelen als een rozijntje; visioenen van het rood gele pakje wat ik standaard in mijn handen kreeg geduwd als ik om een snoepje (EEN SNOEPJE!!!!) vroeg verdrongen zich in mijn hoofd.
De opdracht werd al snel uitgezet; “bekijk het rozijntje alsof je het voor het eerst ziet”. Leek me niet al te ingewikkeld en na te hebben vastgesteld dat het op een verschrompelde konijnenkeutel leek richtte ik na -pak hem beet- drie seconden mijn aandacht snel op de rest van de deelnemers. Die bleken de opdracht nogal anders geïnterpreteerd te hebben getuige de compleet gefascineerde blikken in hun ogen. Ik besloot het nog maar eens te proberen. Na 5 seconden wist ik met enige trots ook vast te stellen dat het op een uitgedroogde druif leek, alleen dan heel klein, waarna ik de overige tien minuten die restte bezig was te bedenken of het ook niet gewoon een uitgedroogde druif was; een gekmakende gedachte kan ik je zeggen. Nadat iedereen zijn associaties mocht benoemen en er zinnen uitkwamen als “een baarmoeder in de bloei van de baar” wist ik niets anders meer te zeggen dan “ja dat had ik ook zo’n beetje”, wat niet het applaus kreeg dat ik verwachtte maar vooral opgetrokken wenkbrauwen….tijd voor oefening 2.
Met zijn allen werden we in een kringetje op de grond gedumpt, waarbij je “comfortabel” moest gaan liggen, voor zover dat mogelijk is op een matje van 3 centimeter dik. Met een gong werd de “ontspanningsoefening” aangekondigd, die erop neerkwam dat de-vrouw-met-de-zalvende-stem ieder lichaamsdeel langsging waarbij je het heel bewust moest ontspannen…of zoiets. Het moge duidelijk zijn; nadat we bij de grote teen waren aangekomen en de rest van het lichaam dus nog moest volgen was ik alweer compleet afgeleid door alle snurkende en luid ademhalende mensen om me heen, blijkbaar had de rest wel een comfortabele plek weten te vinden. Ik ben zelden zo niet ontspannen geweest als tijdens dat moment en ik prijs mijzelf nog steeds om mijn zelfbeheersing, de fantasieën om met de klotegong iedereen een tetter voor zijn bek te verkopen waren immers levensecht aan me voorbij aan het gaan.
Ik heb het maar direct opgegeven; dan maar slecht slapen, dan maar een beetje druk. Het mindfulle bleek niet in me te zitten, of iniedergeval niet op de manier waar het daar werd gegeven. Hilariteit alom in mijn omgeving natuurlijk, de weddenschappen bleken al achter mijn rug gesloten te zijn over hoe lang ik het vol zou houden.
Mijn leidinggevende? Die kon er gelukkig ook wel om lachen en kocht de verjaardag erop speciaal voor mij een appeltaart zonder rozijntjes.
9 gedachten over “Mijn deprimerende poging tot Mindfulness”
Reacties zijn gesloten.