Ode aan mijn Rotterdam Zuid

Dik drie jaar geleden was ik op zoek naar een koophuis. Helemaal alleen zou ik het doen en het plaatje zat duidelijk in mijn hoofd; een appartement met minimaal twee slaapkamers in het centrum van Rotterdam, of -als het echt moest- Blijdorp. Op de bovenste verdieping (ik trek geluid van bovenburen slecht) en uiteraard wel met een CV, mooie badkamer én keuken.
Oja, en het mocht geen rochel kosten. Het uitgaan moest natuurlijk wel gedaan worden nu ik weer een vers verworven single-status had.

Al snel bleek mijn eisenlijstje wat…tsja…hoe zullen we het zeggen. Hooggegrepen. Voor mijn budget kon ik precies een krotje kopen in de sjoemele zijstraatjes van het centrum, waarbij ik dan moest douchen in een kast (waar verhaal) of waarbij je dan zo’n gezellig systeemplafond boven je had zweven terwijl de blauwe vloerbedekking nog lag te shinen. Ik kwam er al snel achter dat ik mijn eisen wat moest bijstellen naar de buitenwijken van Rotterdam.
Ik kan je vertellen over alle problemen waar je tegenaan loopt als je vader een politie-agent is, maar ik vat het het beste samen met “geen wijk is goed genoeg”. Zeker de wijken waar vader zelf gewerkt had (en dat waren er nogal wat in Rotterdam) werden rücksichtslos neergesabeld met overval- en inbraakcijfers.
“En Zuid dan?” vroeg vriendin me. Vriendin woonde zelf al heel wat jaren naar volle tevredenheid op Zuid (nee, niet in Zuid, dat is een rookie mistake) “hier krijg je wel alles wat je wil met jouw budget”.
Ik dacht na. Lang en hard. Er woonden meer vriendinnen van me op Zuid, eigenlijk het grootste deel. Het was inderdaad vrij goedkoop en een van de weinige wijken die ik ook nog eens aardig kende aangezien ik er een aantal jaar gewerkt had. En belangrijker nog; het merendeel van Zuid had nooit onder vader zijn werkgebied gevallen…dit zou wel eens kunnen werken.

Het werkte. Ik kocht een kast van een appartement met meer ruimte dan ik nodig had in mijn eentje én met een keuken als een balzaal en een badkamer met stortdouche. €30.000 goedkoper dan mijn originele budget, dus geld te over om de taxi te betalen van en naar het uitgaan (dat fietsen door de Maastunnel is hem nooit geworden). En weet je?
Ik ben van Zuid gaan houden.

Want Zuid, dat is de wijk waar ik als ik overdag boodschappen ga doen mijn eten afrekenen tussen de mannen die enkel 6 halve liters uit hun mandje vissen. Maar diezelfde mannen halen ook heel charmant een bonuskaart voor me bij de servicebalie als ik de mijne ben vergeten, “als verrassing”. Zuid is de wijk waar ik nog steeds gratis kan parkeren. Zuid is de wijk waar standaard het vuilnis te laat wordt opgehaald waardoor er altijd teveel vuilniszakken opengereten aan de straatkant staan, maar ook de wijk waar de buren in de straat zo uitbundig naar je zwaaien dat ik iedere keer weer twijfel of het mijn moeder niet is. Zuid is de wijk waar je lastiggevallen wordt op Plein 1953, maar waar dan ook meteen zes man hun spullen laten vallen om dat “eens even te regelen”. Zuid is de wijk waar je nooit hoeft te twijfelen of het match-day is, aangezien dan alle Feyenoord vlaggen trots uit het raam worden gehangen en mensen op de route naar het stadion elkaar allemaal toeknikken. Zuid is de wijk van de beste middelbare school van Nederland waar ik tegenover woon en waarop ik iedere keer weer een beetje trots ben als ik de directeur vanuit mijn raam tot 10 uur ‘s avonds zie werken, elke avond, omdat hij gelooft in de kinderen van Zuid. Zuid is de wijk die iedere week wordt benoemd als “upcoming” maar waar precies geen reet lijkt te veranderen. Zuid is de wijk waar ik tussen de Polen woon waardoor ik ein-de-lijk weer eens een supermarkt op loopafstand heb; die zetten nogal wat zaakjes op. Zuid is Zuidplein, waar je vooral moet leren hoe je erdoor heen moet bewegen; iPod op en lopen maar, recht op je doel af -echt dan valt het wel mee. Zuid is de wijk waar je voor jezelf op moet komen om in te blenden.

Vriend en ik gaan verhuizen. Dit jaar nog, naar Rotterdam Centrum.
Het was wat ik altijd wilde, wat ik altijd voor me had gezien; wonend in het centrum van de mooiste stad van Nederland, alles op spuugafstand.
En de afgelopen drie jaar heb ik me iedere keer verdedigd dat ik op Zuid woonde. “echt het valt wel mee, echt het is best leuk, echt je moet er gewoon eens komen”. Ik ga het missen hier, mijn Zuid. Ik ga het niet meer verdedigen. Zuid is wat het is.
Zuid en ik zijn liefde.

Reacties zijn gesloten.